Ken jij het atelier al? Het is een inspirerende hoek waar kinderen zonder enige instructie hun creativiteit kwijt kunnen. In deze blog vertel ik je er meer over!
Het atelier
In sommige kleuterklassen wordt er gewerkt met een atelier/werkplaats.
Het atelier is een ruimte in de klas, een hoek en/of een aantal tafels, waar de kinderen met verschillende materialen creatieve en beeldende activiteiten uitvoeren.
Op sommige scholen wordt het atelier gewoon knutselhoek genoemd.
Voor de ontwikkeling van jonge kinderen is het belangrijk dat de fantasie geprikkeld wordt en dat zij een eigen beeldtaal kunnen ontwikkelen. Activiteiten in het atelier worden vaak ingezet om kinderen hun gevoelens te laten uiten (sociaal-emotionele ontwikkeling), om de motorische ontwikkeling te stimuleren of in het kader van kunstzinnige orientatie.
De inrichting en de materialen
Richt deze hoek in met een knutselkast en knutselmaterialen.
In het atelier staat ook een tafel met banken/stoelen waar de kinderen aan kunnen werken. Een (op-kind-hoogte) aanrecht met spoelbak en kraan is ook onmisbaar om de handen en het materiaal te wassen na het knutselen. Een schildersezel is ook erg leuk.
Zorg ervoor dat al het materiaal overzichtelijk is opgeborgen en makkelijk bereikbaar is voor de kinderen. Label de bakken of kasten met materialen met een tekst en een foto, zodat kinderen weten waar iets ligt en ook waar het teruggelegd moet worden. Je vindt kant en klare bij juf Karlijn.
Tip: Doe de knutselgereedschappen in een verrijdbare trolley van de Ikea.
Denk aan de volgende gereedschappen en materialen (en laat ouders meesparen) :
Behang
Bierdopjes
Bierviltjes
Bladeren
Boomschors
Boterkuipjes
Brooddeeg
Chenilledraad
Doosjes
Doppen
Ecoline
Eierdozen
Eikels
Elastiekjes
Garen
Gedroogde bladeren/bloemen
Gekleurd papier
Glitters
Golfkarton/ribbelkarton
Gouden stift
Hout
Houtschijven
IJsstokjes
Inpakpapier
Karton
Kastanjes
Keukenrollen
Kleimessen
Kleirollers
Kleispatels
Kleurplaten
Kleurpotloden
Knopen
Kralen
Kranten
Kurken
Kwasten
Lint
Lijm
Lijmkwasten
Lijmpotjes
Melkpakken
Natuurklei
Nietmachine
Paperclips
Papier
Papier met patronen
Penselen
Perforator
Pijpenragers
Plakband
Plakfiguren
Plakkaatverf
Plastic flessen
Pompons
Prikmatjes
Prikpennen
Raffia
Rietjes
Scharen
Scheerschuim
Schelpen
Schilderstape (ideaal om constructies te maken)
Sisal
Sitspapier
Spatramen
Splitpennen
Stenen
Stickers
Stiften
Stof
Synthetische klei
Takjes
Tandenborstels om mee te verven
Tekenpotloden
Toiletrollen
Tijdschriften
Veren
Verfpotjes
Vingerverf
Vlechtrepen
Vliegerpapier
Vloeipapier
Vouwblaadjes van diverse afmetingen (vierkant, rond en ovaal)
Vouwkartons
Wasco
Wasknijpers
Waterverf
Wc rollen
Wiebelogen
Wol
Zilveren stift
Om ervoor te zorgen dat kinderen goed nadenken over hoe ze materialen willen gebruiken is het handig om materiaal te voorzien van een sticker: Groen mag je onbeperkt gebruiken, van oranje materialen mag je een klein beetje gebruiken, en rode materialen moet je eerst vragen aan de leerkracht.
Zorg voor inspiratie. Leg knutsel en vouwboeken in het atelier neer en maak een map met knutselvoorbeelden. Stop elk idee in een hoesje, zodat de kinderen dit hoesje uit de map kunnen halen en op tafel kunnen leggen. Maak ook een vouwmap met een heleboel vouwvoorbeelden met vouwinstructies in deze map.
Verder is het belangrijk dat kinderen vies mogen worden en het atelier ook een rommeltje mag zijn.
Vrij knutselen, technieken en opgedragen werk
Kinderen hebben in het atelier ruimte nodig om te kunnen onderzoeken en te ervaren, zoals het verkennen van de materialen. Het is belangrijk dat er in het atelier een beroep wordt gedaan op hun creativiteit.
Naarmate kinderen meer ervaring hebben opgedaan in het atelier en het maken van constructies, zullen zij behoefte krijgen aan technieken, zoals scheuren, propjes maken, knippen, vlechten, tamponneren, klei rollen, netjes plakken en vouwen enz...
Hierdoor kunnen zij steeds complexere constructies en uitgebreidere patronen toepassen en dat bevordert hun eigen creativiteit weer.
Daarnaast ontwikkelen ze hiermee hun fijne motoriek en doen ze sensorische ervaringen op.
Demonstreer een techniek in de groep of in een subgroep, of eerst in de groep en herhaal dit in de subgroep. Laat de kinderen de handelingen vertellen en zo nodig eerst de techniek onder begeleiding uitvoeren.
Een creatief proces start echter altijd met een open en verkennende houding, je mag de wereld zelf ontdekken. Een opgedragen knutselwerkje maken is geen creatieve activiteit.
Als kinderen allemaal dezelfde kip moeten knutselen, kunnen ze hun ei niet kwijt.
Maak daarom een onderscheid in motorische en creatieve opdrachten en biedt de technieken in een motoriekhoek aan. Laat de kinderen in het atelier vrij knutselen.
Hang er voorbeeldkaarten op waarop je laat zien wat je kunt doen met een bepaalde techniek of materiaal; laat bijvoorbeeld zien dat de met zijdevloei propjes kunnen maken, bloesem (met de achterkant van een potlood) of bloemen zoals op de verjaardagsmuts.
De rol van de leerkracht
De leerkracht zorgt voor een sfeer waarin experimenteren kan en mag. Dat betekent een goede balans vinden tussen de ene kant het aanreiken van materialen, suggesties en structuur en aan de andere kant het volgen van wat kinderen zelf inbrengen. Daarbij is observeren van groot belang. Heeft het kind wel/niet iets nodig van jou als leerkracht?
Hebben zij daarvoor bijvoorbeeld materialen nodig? Of kan er overbodig materiaal weg?
Voer ook gesprekjes en informeer naar de plannen van kinderen.
Om tot creativiteit te komen, hebben kinderen soms een aanzet nodig: Zo kun je bijvoorbeeld bij het thema ‘circus’ rode pompons neerleggen om kinderen uit te dagen om clowns te gaan maken. Je kunt ook eens een andere aanzet geven, zoals een mooi gekleurde vlek, wat maak je ervan? Of een twee paar wiebeloogjes op een vel papier, van wie zijn die oogjes? Of laat ze eens iets maken van een abstracte getekende vorm.
Je kunt ook aan de kleuters vragen wat er bij een bepaald thema geknutseld zou kunnen worden. Wanneer een kleuter bijvoorbeeld aangeeft een auto te willen maken, kun je samen bespreken hoe deze eruit ziet en wat je daarvoor nodig hebt. Hoe zou je de wielen kunnen maken? Laat kinderen dan vooral zelf oplossingen bedenken en uitproberen! Help ze door het opzoeken van een variatie van geschikte materialen, het aanleren van bruikbare technieken en het stellen van vragen.
Of breng verhalen, prentenboeken en/of afbeeldingen in, die aanleiding geven om er met beeldende en vormgevende materialen over te werken.
Het maken van een creatie of constructie vergt inspanning en tijd.
Geef kinderen dus altijd voldoende tijd.
Na afloop
Laat kinderen na het werken in het atelier aan de andere kinderen vertellen wat zij hebben gemaakt, hoe zij een techniek hebben uitgevoerd, wat voor problemen zij tegenkwamen en hoe ze die hebben opgelost. Het helpt kinderen niet alleen om te reflecteren op hun eigen werk, maar het kan de andere kinderen ook informeren, inspireren en stimuleren.
Maak ook regelmatig foto's van de gemaakte creaties. Deze kunnen in een map verzameld worden en gebruikt worden om later nog eens terug te blikken of ter inspiratie en als voorbeeld voor de andere kinderen.
Stel de werkjes na afloop ook tentoon.
Op zoek naar meer?
Heb je zelf ook nog leuke suggesties? Laat dan een reactie achter!
Bronnen
Cora. Slimmekleuters.nl. (2015). Verrijk je creatieve hoek!
Geraadpleegd op 1 november 2019.
.
.
.
.
Comments