Juf Angelique
Thema vader(-dag): Muziek
Bijgewerkt op: 2 dagen geleden
In deze blog vind je muzikale kringactiviteiten rondom zingen bij het thema vader(-dag).

Liedjes
Mijn papa is een held
Papa gaai ging uit fietsen
Tekst en muziek: Jeroen Schipper
Papa lief
Melodie: Poesje Miauw
Papa lief, vier maar feest!
Ik hou van u het allermeest!
Een dikke zoen en een lach
Krijgt u van mij op Vaderdag!
Vaderdag:
Eén keer in het jaar zijn alle pappa’s jarig.
Eén keer in het jaar, op Vaderdag. Vaderdag.
Pappa wordt verwend met thee en een ontbijtje,
een glaasje vruchtensap, en een lekker eitje:
mmm mmm mmm mmm !
Pappa wordt verwend met allemaal cadeautjes:
een boek dat hij niet kent en een zak met nootjes:
mmm mmm mmm!
Pappa wordt verwend:
hij hoeft maar net te wenken of iemand straks voor hem
een glaasje in wil schenken: mmm mmm mmm!
Zingen
Algemeen
Voor het aanleren van een nieuw lied is aandachtig luisteren belangrijk. Laat de kinderen bijvoorbeeld opstaan steeds als ze een bepaald woord horen en vervolgens weer gaan zitten als ze dit woord weer horen. Hoeveel keer hebben de kinderen het afgesproken woord in het liedje gehoord?
Vraag de kinderen uit te beelden wat ze in een liedje horen. Je kunt de kinderen vrij laten uitbeelden of je kan op basis van wat er bedacht wordt een gezamenlijke dans bedenken die de hele groep meedoet.
Hang pictogrammen op met daarop de belangrijkste woorden uit het aangeboden lied in de goede volgorde.
Deel de pictogrammen uit. Als kinderen het bijbehorende woord in het lied horen, dan steken zij deze omhoog.
De kinderen zingen alleen de laatste (rijm)woorden mee.
De kinderen zing alleen het laatste deel van iedere zin mee.
Alleen de jongens/meisjes zingen mee.
(Om en om) hard en zacht zingen.
(Om en om) langzaam en snel zingen.
(Om en om) hoog en laag zingen.
De leerkracht playbackt, de kinderen zingen het liedje hardop.
Om de beurt een regel zingen. Wijs aan wie de beurt heeft. Begin steeds opnieuw zodat alle kinderen aan de beurt komen.
Wie durft het alleen?
Plaatjes
Benodigdheden:
- Tekenpapier en een stift of woordkaarten
Zing het aangeboden liedje stukje voor stukje en vraag welke woorden de kinderen hebben gehoord. Teken ze of zoek de woordkaart erbij.
Wijs deze tijdens het zingen van het hele lied aan.
Zingen als een vader
Benodigdheden:
- Geen
Laat de kinderen een aangeboden lied met een papa-stem zingen.
Klanken
Benodigdheden:
-
Zeg de tekst van een liedje zin voor zin. Bedenk welke woorden met de p-klank van papa of de v-klank van vader (of een andere klank) beginnen. Probeer het liedje te zingen zonder deze woorden uit te spreken of start met één woord dat wordt weggelaten en breid dit later uit.
Liedjesmand/-kist
Benodigdheden:
- Een mand
- Attributen, die bij het aangeleerde liedje over vader(-dag) horen
Doe de attributen in de mand en gebruik deze om een liedje te visualiseren
Variatie: Stop 1 attribuut per aangeleerd liedje in de mand. Op die manier kun je steeds een attribuut kiezen en het bijbehorende liedje herhalen.
Liedjesmap
Benodigdheden:
- Een map
- Een kopie van het aangeleerde liedje, met afbeeldingen
Doe het aangeleerde liedje in de map. Op die manier wordt de verzameling steeds groter en kun je de aangeleerde liedjes regelmatig herhalen.
Je kunt de liedjes ook kopiëren en aan de kinderen meegeven.
Improviseren
Benodigdheden:
- Geen
De kinderen zingen op de melodie van een bestaand lied, bijvoorbeeld "Vader Jacob", een nieuwe tekst in een zelfbedachte taal. Het gaat erom dat de kinderen binnen het lied improviseren met eigen woordklanken.
Zing eerst het oorspronkelijke lied met de kinderen. Gebruik een instrumentale begeleiding. Die vind je voor de meeste kinderliedjes op YouTube.
Vraag de kinderen zich voor te stellen dat iemand uit een heel ver land dit lied in zijn eigen taal zingt. Geef aan dat jullie dit samen gaan proberen.
Speel de instrumentale versie van het liedje af en laat de kinderen het lied in een zelf verzonnen vreemde taal meezingen.
Doe dat op dezelfde manier in ‘dierentaal’, ‘feeëntaal’ of laat de kinderen zelf nog andere ‘talen’ verzinnen.
De blinde dirigent
Benodigdheden:
- Een blinddoek
- Een stokje
De kinderen wandelen door de kring. In het midden staat een geblinddoekte dirigent.
Hij geeft met zijn stokje de richting aan waarin de kinderen moeten lopen; links of rechts.
Als de dirigent zijn stokje omhoog steekt, moeten de kinderen stokstijf blijven staan.
De dirigent wijst vervolgens met zijn stokje blind iemand aan. Dat kind zingt met een verdraaide stem een aangeleerd liedje. Als de dirigent kan raden wie er zingt, wordt dit kind de nieuwe dirigent. Raadt hij het fout, dan blijft hij nog een ronde de dirigent.
Neurien
Benodigdheden:
- Geen Laat de kinderen het aangeboden lied neuriën. Dat is een goede resonan oefening.
Een liedjesschort
Benodigdheden:
- Een liedjesschort
- Afbeeldingen of voorwerpen die bij het aangeleerde liedje passen.
Verander een schort in een liedjesschort door er bijvoorbeeld washandjes op te naaien.
Stop in iedere zak een afbeelding of voorwerp wat met het liedje te maken heeft.
Trek de liedjesschort aan en vul de zakken op de schort met de afbeeldingen of voorwerpen.
Laat de kinderen tijdens het liedje de afbeeldingen of voorwerpen uit de zakjes halen.
En zo gaat het liedje verder, tot er uit elk zakje een kaart is getrokken. Zorg ervoor dat er bij iedere zin van het lied een voorwerp of plaatje is, zodat er een opbouw is.

Toontje lager Benodigdheden:
- Geen
Vaders hebben vaak een lage stem. Wat is dat? Hoe klinkt dat?
Er kan prima aan de stembanden worden gewerkt door een fragment uit het liedje te halen en in dit fragment laat u dan met de toonhoogte variëren.
Het liedfragment kan bijvoorbeeld steeds een toontje hoger worden gezongen.
Zing het fragment voor en laat de kinderen het daarna nazingen.
Muziek luisteren
Emoties in de muziek
Benodigdheden:
- Instrumentale muziek
Laat de klas een fragment horen. Wat hebben de kinderen gehoord?
Wat vonden ze van deze muziek? Zou het bij Vaderdag passen? Hoe klonk de muziek? Welk gevoel hadden ze erbij?
Kunnen zij zelf blij, boos, bang, verdrietig lopen op de muziek?
Wie is het?
Benodigdheden:
- Geen
Zing met de klas een liedje over vader(-dag) en leid een geblinddoekt kind door de ruimte.
Ga bij een van de zingende of neuriënde kinderen stilstaan.
Dit kind zingt of neuriet als enige door. Kan het geblinddoekte kind raden wie het is?
Muziek maken
De beste imitatie
Benodigdheden:
- Geen
Laat de kinderen om beurten hun beste imitatie ten gehore brengen vaneen vader.
Kies een winnaar voor de stoerste, de luidste, de liefste, de zieligste, de grappigste, enz.
Trefwoorden
Benodigdheden:
- Muziekinstrumenten
Laat kinderen bij bepaalde woorden in een liedje over vader(-dag)op hun instrument spelen.
Een muzikaal prentenboek
Benodigdheden:
- Een prentenboek over vader(-dag)
- Muziek
Breng het boek in relatie met muziek. Zoek klassieke of filmmuziek die past bij het boek. Zoek muziek die echt heel duidelijk spannend of vrolijk klinkt anders is het voor kinderen moeilijk te onderscheiden. Laat de twee stukjes muziek aan de kinderen horen.
De kinderen mogen hier vrij op bewegen.
Observeer de bewegingen en lees vervolgens het boek voor.
Vraag na het voorlezen welk stukje muziek het beste bij het boek of de bladzijde past.
Variatie: Verklank het boek met instrumenten.
Praten met muziek
Benodigdheden:
- Geen
Twee kinderen zijn een vader en een kind en voeren zingend een gesprekje zonder woorden (met geluiden).
De rest van de kleuters raadt dan waar het muzikale gesprek over gaat.
Je kunt van tevoren ook aangeven dat eentje van hen een bepaald personage is en de andere een ander personage. De kinderen moeten dan raden wie wie was.
Muziek lezen en noteren
Ritme-bouwstenen
Benodigdheden:
- Instrumenten
- Ritmebouwstenen: Dit zijn kaartjes met daarop afbeeldingen en het het bijbehorende woord in lettergrepen
Spreek de bouwstenen ritmisch voor en laat de kinderen deze nazeggen, bijvoorbeeld: va-der-va-der-dag-pa-pa. Zorg er daarbij voor dat je de cadans van de muziek door laat gaan. Op die manier krijg je een doorgaande serie bouwstenen.
In de tweede stap herhaal je het voorgaande, maar combineer je spreken met klappen. Tijdens de derde stap blijft alleen het klappen over, wat gevolgd kan worden door het spelen van de ritmebouwstenen op instrumenten en het improviseren ermee.
Door middel van deze werkvorm leren kinderen verschillende ritmes uitvoeren en worden ze zich bewust van de vormaspecten herhaling, contrast en variatie.
Op zoek naar meer?
Kijk voor meer suggesties ook eens op mijn Pinterest
Heb je zelf ook nog leuke suggesties?
Inspireer dan collega’s door jouw ideeën als reactie op deze blog te delen!

.