Jonge kinderen hebben een enorme bewegingsdrang.
Op een actieve en bewegende manier leren is niet alleen leuk en gezond, maar zorgt ook voor een hoge betrokkenheid en voedt het jonge brein, waardoor het leren en onthouden vaak ook makkelijker gaat. In deze blog geef ik je suggesties om bewegend met ruimtelijk inzicht in groep 1-2 aan de slag te gaan.

Ruimtelijk inzicht
Hoepelcamera
Benodigdheden:
- Hoepels
De kinderen houden de hoepel voor hun gezicht en kijken er doorheen.
Geef ze opdrachten. De kinderen lopen over het schoolplein en zorgen ervoor dat ze precies datgene wat jij noemt door de hoepel zien. Ze maken een 'foto' en krijgen daarna een volgende opdracht. Een opdracht zou bijvoorbeeld kunnen zijn: 'zorg ervoor dat het hele klimrek door de hoepel te zien is' of 'houd je camera zo, dat je het gezicht van de juf er precies doorheen ziet'.
Ruimtelijke begrippen
Linkerhand of rechteroor?
Benodigdheden:
- Voor ieder kind een lintje
- Hoepels
- Pittenzakken
- Ringen
- Een vrolijk muziekje
Leg de spullen verspreid door de gymzaal. Zorg ervoor dat er voor ieder kind in ieder geval een ding is. Geef alle kinderen aan hun rechterhand een lintje. Laat een vrolijk muziekje horen, dat uitnodigt tot huppelen tussen alle spullen door. Als de muziek stopt staan alle kinderen stil en luisteren naar de opdracht van de leerkracht.
Dat kan bijvoorbeeld zijn: Leg je rechterhand in de hoepel, leg je linkerhand op de pittenzak, leg je rechtervoet in de rubberen ring enzovoort.
Jeu de boules met dennenappels
Benodigdheden:
- Stoepkrijt
- Dennenappels
- Een steentje
Trek met stoepkrijt een lijn op de stoep waar de spelers achter gaan staan, of spreek een denkbeeldige lijn af. Iedereen heeft een (of meer) dennenappels in z’n hand.
Degene die begint gooit eerst een steentje. Daarna gooit ieder om de buurt een dennenappel. Wie het dichts bij het steentje kan gooien, heeft gewonnen.
Geen dennenappels in de buurt? Zoek dan nog meer stenen, stukjes schors of breek takken in stukjes. Er is altijd wel iets te vinden!
Monsterbaan
Benodigdheden:
- Gekleurd papier
- Een schaar
- Tape
Teken de omtrek van een monsterpoot (een grote ovaal aan de onderkant en vervolgens vier puntige klauwen aan de bovenkant) op allerlei kleuren papier en knip deze uit
Plaats de monsterpoten op de grond en tape ze in verschillende richtingen vast.
De kinderen volgen al springend/hinkelend het spoor.
Plaats bepalen
Benodigdheden:
- Hoepels, laken, een mat, een kruiptunnel, een bank
De kinderen bewegen op allerlei manieren door de ruimte. Op een teken van de leerkracht blijven de kinderen op een bepaalde plek staan. Bijvoorbeeld: IN een hoepel, OP een stip op de grond, ACHTER een lijn op de grond, ONDER een laken, OM de mat, TUSSEN de benen, DOOR de tunnel, NAAST een bank enz....
Schaduwen
Schaduwen
Benodigdheden:
- Stoepkrijt
Als de zon schijnt dan is dit zeker ook één van de leukere stoepkrijt activiteiten. Je kunt een schaduw kopie van jezelf of speelgoed maken. Zet bijvoorbeeld plastic dinosaurussen weg en teken de omtrek van de schaduw op de stoep.
Schaduwtikkertje
Benodigdheden:
- De zon
Dit tikspel speel je op een zonnige dag. De tikker probeert de andere kinderen af te tikken door op de schaduw te gaan staan. Wie blijft er het langst over?
Zonlicht
Je hebt nodig:
- Een spiegel
- De zon
Laat de kinderen zonlicht opvangen en weerkaatsen met spiegels.
Je kunt ook zonlicht vangen en weerkaatsen met lepels of met stukjes aluminiumfolie!
Als de zon niet schijnt, kun je met een zaklantaren schijnen op een spiegeltje en het lichtje over het plafond laten dansen!
Plattegronden
Zoekspel
Benodigdheden:
- Papier en schrijfgerei
- Een fotocamera of IPad
Teken een plattegrond van de speelplaats of neem een foto (makkelijker).
Verstop een voorwerp en zet op deze plek een rood kruis op de plattegrond.
Laat de plattegrond zien. Weten de kinderen wat daarop te zien is? Wanneer ze het niet herkennen kun je aanwijzen en benoemen. Wijs het rode kruis aan. Wat zou dat betekenen? Laat een kind op de betreffende plek zoeken. Of laat een kind een ander kind instructies geven en hem naar de plek van het kruis navigeren met de richtingsaanduidingen: naar rechts, links, rechtdoor, voorbij etc. Laat de kinderen daarna in tweetallen hun eigen plattegrond maken. Laat ze van tevoren de route lopen, die ze willen tekenen.
Ze kijken goed waar ze langs komen en maken daar een tekening van.
Daarna tekenen ze de route op de kaart in. Jongste kleuters kun je een plattegrond van de klas geven en alleen de route laten tekenen. Tot slot proberen de kinderen elkaars plattegronden uit. Kloppen ze? Wat zou er eventueel nog verbeterd kunnen worden?
Wanneer de kinderen het idee van een plattegrond nog niet begrijpen zou je ook gebruik kunnen maken van een vogel handpop die de kinderen helpt en die je laat rondvliegen en naar beneden laat kijken en iets laat zeggen over de dingen die op de kaart staan.
Schatzoeken
Benodigdheden:
- Gekleurde hoepels
- Bekers of dozen
- Een schatkist
Leg een raster van 5x5 hoepels neer en zet in iedere hoepel een omgekeerde beker. Verstop er onder eentje een schat. Een kind gaat op zoek naar de schat door de kleurenroute te volgen. Noem bijvoorbeeld een bepaalde kleur die de kinderen moeten volgen of meerdere kleuren achter elkaar. Of maak kaarten waarop met gekleurde stippen de route gevisualiseerd staat. Gebruik ook allerlei andere begrippen, zoals: links, rechts, achteruit, vooruit enz.
Op zoek naar meer
Kijk voor meer suggesties ook eens op mijn Pinterest
Heb je zelf ook nog aanvullingen of suggesties? Laat dan een reactie achter!
Boeken

.
.
Commentaires