site-verification=8adc2fc3d443365f5c3bc1b5d2d80d29
top of page
Zoeken

Visie op spel: Reggio Emilia

Foto van schrijver: Juf AngeliqueJuf Angelique

Bijgewerkt op: 11 feb 2024

Wat is spelen en wat niet? Daar zijn de meningen altijd al verdeeld over geweest.

Binnen het onderwijs zijn er verschillende pedagogen, onderzoekers, filosofen en psychologen geweest met hun eigen theorie over en visie op spel, die tot op de dag van vandaag invloed hebben op hoe wij spel bij jonge kinderen in het onderwijs vormgeven.

De Reggio Emilia-visie, vindt zijn oorsprong in 1945 in het gelijknamige Noord-Italiaanse stadje. Uit onvrede over het toenmalige onderwijs wilden een aantal ouders daar destijds hun eigen kleuterschool met een nieuwe aanpak oprichten. Zij kwamen in contact met de Italiaanse filosoof en net afgestudeerde pedagoog Loris Malaguzzi (1920-1994), de grondlegger van deze werkwijze. Hij combineerde diverse pedagogische visies met zijn persoonlijke ervaringen tot een eigen pedagogiek. Hij noemde deze visie, de pedagogiek van het luisteren en het kijken. In deze blog lees je er meer over.



Kijken en luisteren


De basis van alle pedagogische ideeën van Loris Malaguzzi is communicatie, waarbij de focus ligt op het kijken en luisteren, in plaats van het vertellen.

Vanaf de geboorte zijn kinderen ingesteld op het communiceren met de omgeving. Hierbij is in eerste instantie de gesproken taal nog niet ontwikkeld.


Malaguzzi's meest gevleugelde uitspraak is dan ook: "Een kind heeft honderd talen, maar de school en de samenleving stelen er negenennegentig van".

Hiermee bedoelt hij dat kinderen dus niet alleen met woorden, maar ook op heel veel andere manieren communiceren. Het jonge kind drukt zich nog vooral uit in gebaren, mimiek, geluid, signalen als huilen en lachen, maar ook via beweging, spel en tekenen, verven en kleien. Denken en leren bestaat voor kinderen vooral uit doen.

Volwassenen luisteren echter vaak alleen naar de woorden die de kinderen gebruiken en negeren al hun andere talen. Naarmate kinderen ouder worden ligt de focus op de gesproken taal, waardoor andere uitingen ondergeschikt raken en de rijke mogelijkheden om je te uiten afnemen of zelfs verdwijnen.

Binnen de visie van Reggio Emilia wil men de veeltaligheid behouden om mensen een breder scala aan expressiemogelijkheden te bieden.

Bij de Reggio Emilia pedagogiek zijn de begeleiders gericht op de ontwikkeling van de eigen identiteit, de zelfstandigheid en de creativiteit van kinderen.


Daarnaast beginnen kinderen, op scholen die de visie van Reggio Emilia volgen, wanneer ze twee jaar zijn, op een simpele manier die past bij hun belevingswereld, ook al met de Engelse taal. Vanaf groep vijf krijgen de kinderen tweetalig onderwijs, waardoor zij vloeiend meerdere talen leren spreken.

 

Het eigen leren vormgeven


Een andere uitspraak van Malaguzzi is : 'Kinderen hebben geen lege hoofden die om opvulling vragen, maar kinderhoofden dienen gevormd te worden'.

Hiermee bedoelt hij dat kinderen geen afhankelijke wezens zijn, zoals vele volwassenen wel veronderstellen, maar dat ze sterk, competent, leergierig en zelfstandig zijn.

Ze hebben een sterk sociaal zintuig en zitten van jongs af aan vol vragen en ideeën.

Kinderen zijn in staat zijn hun eigen leren, gedreven door hun eigen belevingswereld en interesses, vorm te geven. Dit betekent dat er binnen de visie van Reggio Emilia veel vrijheid is en geen vast leerplan. Het kind en niet de leerkracht is de leider van zijn leerproces. Het kind bepaalt wat het wil leren, hoe en in welk tempo.


De Reggio Emilio-pedagogiek ziet kinderen als onderzoekers, die omgeven worden door drie pedagogen:


1. Andere kinderen:

Kinderen leren ontzettend veel van elkaar, zonder tussenkomst van een volwassene.

Kinderen begrijpen elkaar zonder woorden en zijn gericht op elkaar.

Kinderen leren van elkaar, door te kijken, te imiteren, te bekritiseren van elkaars werk en te beargumenteren van eigen inzichten.


2. Volwassenen, ouders, leidsters, kunstenaars, docenten:

Zij hebben geen leidende, maar een begeleidende rol.

De leerkracht hoeft weinig voor te bereiden, want de kinderen geven zelf aan wat ze willen en de leerkracht past daar de activiteiten op aan.

Als leerkracht creëer je vooral situaties waar kinderen zichzelf mogen laten horen en waar ze zich kunnen uiten en waarin ze zoveel mogelijk kunnen onderzoeken en experimenteren.

Leerkrachten moeten dus goed kunnen luisteren, actief meedoen met activiteiten, observeren en hierop inspelen. Hierbij moeten leerkrachten uitgaan van wat kinderen al kunnen, in plaats van datgene wat ze niet kunnen. Door kinderen spelenderwijs en betekenisvol te laten ontdekken, komt deze kennis vanzelf tevoorschijn en kan een kind tot ontwikkeling komen.


3. De omgeving:

Wil je kinderen optimaal kunnen ondersteunen in hun ontwikkeling is het goed om naar de ruimte te kijken. De inrichting van een ruimte geeft kinderen structuur en daagt uit om te ontdekken en te leren. Volgens de visie van Reggio Emilio heerst er rust in de groepsruimte, zonder dat het steriel of kleurloos oogt. De ruimte op een Reggio Emilia school wordt met veel aandacht en zorg ingericht door de leerkracht, moet met buiten verbonden zijn, uitdagend zijn, de creativiteit stimuleren en kinderen uitdagen tot vragen stellen, experimenteren en ontdekken. Denk hierbij aan inrichting, lichtinval, kleur, meubels en natuurlijke materialen.

Bij deze aanpak liggen er van tevoren geen thema’s klaar, omdat de inrichting van de activiteiten afhangt van de interesses van de kinderen. De leerkracht kiest ook niet waarmee het kind gaat spelen, maar legt dingen neer en wacht totdat het kind ermee gaat spelen.

Er zijn verschillende ruimtes met allemaal hun eigen functie, zoals een knutselhoek of een speelhoek, een centrale ruimte waar iedereen elkaar ontmoet en een atelier waar kinderen zelf aan de slag kunnen en waar een kunstenaar aanwezig is.

In de ruimtes is voldoende materiaal om te onderzoeken en wordt er gebruik gemaakt van echte materialen zoals telefoons, verpakkingsmaterialen, kassa’s, pannen, pollepels en dergelijke. Het materiaal (meestal kosteloos) moet kinderen inspireren om hun ontdekkingen en ideeën vorm te geven. Er worden duidelijke keuzes gemaakt waar spullen staan en waar de werkstukken en documentatie komt te hangen. De documentatie en werkstukken zijn niet bedoeld om resultaten te tonen, maar om processen zichtbaar te maken. Het helpt kinderen om te reflecteren. Naast de werkjes hangt bijvoorbeeld een foto van hetgeen zij wilde maken. Er hangen overal in de ruimte ook veel spiegels, waardoor kinderen zichzelf goed kunnen zien.

 

Projectmatig werken


Kenmerkend voor Reggio Emilia is het projectmatig werken.

Een project kan beginnen bij een vraag, die in relatie staat met de directe leefwereld van de kinderen. Kinderen zijn bezig om de wereld om zich heen te begrijpen.

Het is dan ook logisch om thema’s en onderwerpen te volgen die kinderen zelf aangeven. Dat is namelijk hetgeen wat hen interesseert en motiveert.

De leerkracht pakt deze vraag dan op en gaat samen met het kind of een groep kinderen op onderzoek uit. Het project kan het onderwerp verdiepen of verbreden en verder ontwikkelen. Een project duurt dan ook tot de kinderen antwoord hebben op hun vraag.

Projecten hoeven niet aan de hele groep aangeboden te worden. Ieder kind mag daar zelf zijn keuze in maken. Het kan zijn dat twee kinderen het onderwerp verder willen onderzoeken. Vaak inspireren elkaar ook met hun verwondering.

 

Observeren en documenteren


Kinderen begeleiden volgens Reggio Emilia gaat uit van het aanvoelen van situaties.

Het begrijpen wanneer je kinderen niet moet storen in hun proces en wanneer je iets moet toevoegen om nieuwe impulsen te genereren. Dat maakt het voor sommigen volwassenen ook zo lastig. Uit liefde voor de kinderen willen wij hen zo graag van alles vertellen en tonen. Wij nemen het daarmee over in plaats van het bij het kind houden.

Ga op je handen zitten. en observeer de kinderen. Het kijken en luisteren naar kinderen geeft je informatie, waardoor je kunt aansluiten bij de ontwikkeling van het kind. Je kan zo inspelen op hetgeen de kinderen bezighoudt. Dit kan enkel wanneer je als pedagogisch medewerker bereidt bent om nauwkeurig en kritisch te analyseren zonder te bekritiseren. Een kind niet labelen op gedrag en handelen, maar onderzoeken hoe het gedrag ontstaat, bij welke activiteiten het kind gewenst gedrag vertoont en hoe je dit kunt vastleggen om er zelf ook van te leren. Het zichtbaar maken van processen geeft inzicht.


Een ander belangrijk element is het documenteren van de dag. Het maken van foto’s, het schrijven van kleine verhaaltjes bij de foto’s inspireert kind, medewerker en ouder.

Het daagt uit tot verder komen, nieuwe inzichten en ontwikkelen van andere activiteiten.

Het is dan ook begrijpelijk waarom de werkjes en documentatie op ooghoogte van kinderen hangen of staan. Je geeft kinderen de mogelijkheid om hun werk te reflecteren, zodat zij het mee kunnen nemen in nieuwe onderzoeken.

Pedagogische medewerkers kunnen op die manier de processen van het kind helder krijgen.

 

Reggio Emilia in Nederland


In het plaatsje Reggio Emilia werden sinds 1964 zo'n 33 centra met deze pedagogische visie opgericht en wordt deze onderwijsbenadering ook nog steeds verder ontwikkeld.

Er is daar op elk Reggio Emilia kindercentrum zowel een kunstenaar als een pedagoog in de groepen aanwezig.


In Nederland is de pedagogiek van Reggio Emilia nog vrij onbekend, maar wel steeds meer in opkomst. Al wordt Reggio Emilia in de Nederlandse kindercentra vooral nog gebruikt om de visie op kunstzinnige vorming te beschrijven. Dat is jammer, want de pedagogische visie heeft meer aspecten dan alleen het knutselen. Bij Reggio Emilia draait het om procesmatig verwerven van nieuwe technieken en inzichten, kennis en vaardigheden. Het scheppend bezig zijn zorgt dat je leert onderzoeken via alle zintuigen en binnen ieder ontwikkelingsgebied. Het is dan ook breder dan enkel de creatieve ontwikkeling.

De leerlijn loopt enkel langs de lijnen van creatief vermogen/denken.


Uit onderzoek is gebleken dat kinderen die via deze methode les hebben gekregen vaker vernieuwende ideeën hebben en meer open staan voor het leren van nieuwe stof dan kinderen die niet met deze methode zijn opgegroeid.


Meer oog hebben voor wat kinderen laten zien en horen, het creatieve proces, ze leiderschap geven in hun eigen leren en uitgaan van individuele onderwijsbehoeften van kinderen zouden een mooie toevoeging zijn aan het onderwijs, maar in grote klassen is deze visie natuurlijk soms ook best lastig uitvoerbaar, waardoor veel leerkrachten, die deze visie delen regelmatig ook nog worstelen met de uitvoering ervan.

 

Op zoek naar meer?


Boekentip:
















Kijk voor meer suggesties ook eens op mijn Pinterest

Heb je zelf ook nog leuke suggesties?

Inspireer dan collega’s door jouw ideeën in een reactie op deze blog te delen!



.

.

2.025 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven
Visie op spel

Visie op spel

Comentarios

Obtuvo 0 de 5 estrellas.
Aún no hay calificaciones

Agrega una calificación

© 2020 by juf Angelique. This website has been designed using resources from Freepik.com

bottom of page