Juf Angelique
Observeren en registreren
Bijgewerkt op: 21 feb.
De leerkracht heeft een cruciale rol in het creëren van de goede condities en het benutten van leer- en ontwikkelingskansen met kinderen. Om beter aan te kunnen sluiten op de ontwikkelingsfase van een kind is observeren een belangrijk pedagogische middel in de gereedschapskist van de leraar. Maar hoe je dat? Meer hierover lees je in deze blog.

Wat is observeren?
Elke leerkracht observeert tijdens het dagelijks bezig zijn wat kinderen doen, hoe ze reageren en hoe ze iets aanpakken. Observaties vinden continu plaats, tussendoor en niet gepland. Soms worden ook observatiemomenten met een doel georganiseerd om een bepaald aspect van de ontwikkeling in kaart te brengen. Bijvoorbeeld omdat je wil weten hoe je een activiteit kunt voorzetten, hoe het met een kind gaat, of het zich veilig voelt of in welke ontwikkelingsfase het kind zich bevindt. Observatie kan informatie opleveren over het ontwikkelingsniveau van een kind, het ontstaan en/of in stand houden van probleemgedrag en wat er nodig is om verder te kunnen ontwikkelen. Observeren is vooral iets actiefs en vindt met name plaats tijdens de interactie, in dialoog met kinderen.
Het is overigens niet haalbaar om continu alles te observeren. Dat is ook niet erg.
Oplettend rondkijken
Observeren doe je als leerkracht eigenlijk niet specifiek gepland de hele dag al.
Dat begint al wanneer kinderen de klas binnenkomen. Je ziet dan al of de kinderen vrolijk of druk binnenkomen of dat er iets aan de hand is. Soms let je op de sfeer in de hele groep, soms let je vooral op een individueel kind.
Informatie haal je ook het best uit de dagelijkse observaties van de dagelijkse routines en activiteiten en de interactie tussen de leerkracht en het kind. Door goed te kijken weet je vaak al heel veel over een kind. De gegevens die je uit deze observaties verkrijgt, helpen je onmiddellijk om je aanbod en handelen, indien nodig, bij te stellen.
Je kunt ervoor kiezen om datgene wat je spontaan observeert in een observatieschrift of in een aparte ruimte binnen je kleutervolgsysteem te noteren.

Doelgericht observeren
Soms is oplettend rondkijken niet voldoende om te begrijpen wat er aan de hand is met de groep of met een individueel kind.
Dan moet je meer gericht en meer systematisch en doelgericht gaan kijken.
In tegenstelling tot oplettend rondkijken, is doelgericht observeren een vorm van waarnemen waarin we doelgericht bezig zijn om iets of iemand tot in een gewenst detail te leren kennen. De observator heeft daarbij een bepaald doel of verwachting en gaat die aftoetsen via observatie. De observator weet bij doelgericht observeren dus precies waarnaar hij/zij gaat kijken. Hij/zij heeft kennis van de leer- en ontwikkelingslijnen en de denk- en werkwijzen van kleuters. Tijdens het spel zie je als leerkracht veel, maar het is niet haalbaar om iedere dag van alle activiteiten iets te noteren. Leg liever regelmatig bewust een werkje neer, die je koppelt aan een doel waarvan nog informatie ontbreekt in jouw observatiesysteem.
Als je bijvoorbeeld wil weten hoe de kinderen puzzelen, leg je puzzels neer, observeer je dat heel doelbewust en noteer je hoe dat gaat. Dus soms observeer je iets heel bewust, soms zie je 'toevallig' iets wat opvalt en noteer je dat en soms noteer je helemaal niks.
Hoe observeer je nu gericht?
Kies voor beredeneerd aanbod met focusdoelen:
Zet geen speciale of geïsoleerde activiteiten op, maar observeer het kind in zijn dagelijks bezig zijn binnen geïntegreerde, betekenisvolle activiteiten.
Plaats bij aangeboden activiteiten één of enkele focusdoelen bewust in de focus.
Kleuters krijgen op die manier kansen om ervaringen op te doen om deze verschillende doelen na te streven. Door één of enkele doelen als leerkracht bewust voorop te stellen, ga je als leraar heel gericht je begeleiding en observatie in de activiteit richten.
Dit betekent dat je tijdens een activiteit kijkt hoe de kleuter aan het nastreven van die specifieke doelstelling werkt:
Zijn de kinderen actief bezig?
Zijn de kinderen betrokken bezig?
Zijn er al een aantal voorbereidende vaardigheden verworven?
Kan de kleuter de taak zelfstandig uitvoeren?
Hoe pakt de kleuter de taak aan?
Wordt het materiaal gebruikt zoals ik het bedoeld had?
Zit er voldoende prikkeling in de activiteit?
Leg ook regelmatig bewust een werkje neer, die je koppelt aan een doel waarvan nog informatie ontbreekt in jouw observatiesysteem.
Als je bijvoorbeeld wil weten hoe de kinderen puzzelen, leg je puzzels neer, observeer je dat heel doelbewust en noteer je hoe dat gaat.