site-verification=8adc2fc3d443365f5c3bc1b5d2d80d29
top of page
Zoeken

Signalen van dyslexie bij kleuters

Foto van schrijver: Juf AngeliqueJuf Angelique

Bijgewerkt op: 30 jun 2024

Kinderen met dyslexie hebben problemen met lezen en spellen. In groep 1/2 is er nog geen sprake van systematisch leesonderwijs en kun je dus eigenlijk nog geen dyslexie vaststellen.

Er zijn echter wel een aantal signalen, waarop je kunt letten, die als mogelijke voorspellers voor dyslexie worden gezien. In deze blog vertel ik je er meer over.



Vroeg onderkenning van dyslexie


Dyslexie is de internationale, algemene term voor ernstige lees- en/of spellingsproblemen en betekent letterlijk niet goed kunnen lezen. Dyslexie is een specifiek lees- en spellingsstoornis met een neurologische basis, die wordt veroorzaakt door cognitieve verwerkingsstoornissen op het raakvlak van fonologische en orthografische taalverwerking.’ Dit betekent dat afwijkingen in de hersenen zorgen voor verstoringen in het opnemen van talige informatie. Het gaat dan vooral om de verwerking van klanken en letters en de informatieverwerking tijdens het lezen. Dyslexie is een technisch leesprobleem en geen probleem op het gebied van begrijpend lezen. Kinderen met dyslexie gaan ondanks veel en gericht oefenen (bijna) niet vooruit en zullen altijd een achterstand houden.

Achterstand betekent dat bij een kind met dyslexie het lezen en spellen veel moeizamer gaat dan op grond van zijn/haar intelligentie verwacht mag worden.


Ongeveer tien procent van alle leerlingen in het basisonderwijs ondervindt problemen met het leren lezen en spellen. Drie keer zoveel jongens als meisjes hebben dyslexie.


In groep 1-2 is er natuurlijk nog geen sprake van systematisch leesonderwijs en kun je dus ook nog geen dyslexie vaststellen. Vaak wachten scholen sowieso met het onderzoeken daarvan tot het kind in groep 4 zit, aangezien je vanaf 7 jaar het onderzoek vergoed krijgt. Dat betekent niet dat een kleuter geen dyslexie zouden hebben. Dat heb je namelijk al vanaf je geboorte.


Kinderen doen in groep 1-2 verschillende belangrijke inzichten op, die essentieel zijn voor het latere leren lezen. Onderzoek heeft uitgewezen dat het goed volgen van deze ontwikkeling en het tijdig signaleren van eventuele stagnaties daarin van groot belang is.

tekorten daarin vormen een risico voor problemen met lezen op latere leeftijd.

Hoe eerder eventuele leesproblemen worden opgespoord, hoe groter de kans dat deze door middel van gerichte begeleiding kunnen worden verminderd of voorkomen.

 

Risicofactoren


Het is van groot belang om dyslexie vroeg te signaleren.

Hoe eerder een dyslectisch kind namelijk passend onderwijs krijgt, hoe eerder een goede taalbasis gelegd wordt en er preventieve maatregelen genomen kunnen worden. Dit kan de ernst van de problemen verminderen en ervoor zorgen dat het kind beter meekomt in de klas. Ook vermindert het de frustratie van het kind over taal.


Hieronder volgen mogelijke kenmerken van dyslexie, in de kleuterperiode.

Een kind hoeft niet aan alle symptomen te voldoen om dyslexie te hebben.


Genetische factoren

Komt dyslexie in de familie voor? Dan moet je extra alert zijn. Dyslexie is namelijk erfelijk.

Als dit het geval is dan is er een verhoogde kans van 40-50% dat het kind ook dyslexie heeft.

Als beide ouders dyslexie hebben, dan is de kans zelfs 80%. Als er in de hele familie geen dyslexie voorkomt, dan is de kans op dyslexie tien keer zo klein.


De spraak- en taalontwikkeling

Bij een kind met dyslexie verloopt gedurende de kleuterperiode de taalontwikkeling vaak al vertraagd. Veel van hen volgen op jonge leeftijd al logopedie.

Er zijn bijvoorbeeld problemen met:

  • Het begrip van gesproken taal

  • Het vlot vinden van de juiste woorden

  • Het snel en goed benoemen van reeksen letters, plaatjes of cijfers

  • De vorming van woorden en het verbuigen (bijv. meervoud)

  • Het vormen van goede zinnen

  • Het voeren van gesprekjes

  • De uitspraak van klanken

  • De articulatie; het kind praat slordig

  • Het vinden van de juiste woorden (eh... dinges... je weet wel)|

  • Het tot de kern komen


Het fonologisch en fonemisch bewustzijn

Er zijn problemen met:

  • Het verstaan van iemand die snel praat

  • Het verstaan van de juf / meester als er veel lawaai is in de omgeving

  • Het nazeggen van lange woorden, onzinwoorden en zinnen

  • Het horen van kleine verschillen tussen woorden en klanken. Het kind haalt bijna gelijke woorden door elkaar (boom-boon)

  • Het onthouden van teksten van liedjes en rijmpjes

  • Het onthouden en uitvoeren van meervoudige vragen

  • Rijmen

  • Het hakken van een woord in losse klanken, bijvoorbeeld /boek/ naar /b/ /oe/ /k/

  • Het samenvoegen van losse klanken tot een woord, bijvoorbeeld het plakken van /b/ /oe/ /k/ tot /boek/

  • Het weglaten van klanken in een woord, bijvoorbeeld het weglaten van de /r/ in /broek/, je houdt /boek/ over

  • Het herkennen van een klank in een woord

  • Het onthouden van letter-klankkoppelingen


Overige factoren

Er zijn daarnaast ook nog factoren te benoemen die op basis van ervaringen van leerkrachten en ouders naar voren komen:

  • Moeite met onthouden; het kind kan de ene dag iets onthouden en de volgende dag niet meer|

  • Moeite met het onthouden en/of snel benoemen van letters en cijfers

  • Moeite met het onthouden van de namen van de kleuren, ondanks dat het kind niet kleurenblind is.

  • Moeite met het onthouden van links en rechts, ondanks dat het ruimtelijk inzicht verder goed is

  • Moeite met het begrijpen van complexe vragen, terwijl ze het antwoord wel weten

  • Moeite met het onthouden van de namen van de kinderen uit de klas

  • Moeite met het onthouden van de namen van de dagen van de week

  • Moeite met het onthouden van allerlei benamingen zoals onder, boven, vandaag, gisteren enz.

  • Moeite met het ordenen van objecten

  • Moeite met het opzeggen van de telrij tijdens het aanwijzen van voorwerpen

  • Moeite met de herkenning van een letter uit de eigen naam in een ander woord

  • Weinig belangstelling voor voorlezen, boeken, letters, geschreven woorden of het schrijven van de eigen naam.

  • Doet geen pogingen om zijn/haar eigen naam te schrijven

  • Doet geen poging om zijn eigen naam te schrijven of zelf een boek te “lezen”

  • Lijkt jonger

  • Is creatief

  • Heeft meer hulp nodig

Zie je meerdere van deze signalen bij kleuters voorkomen, dan zijn dit kleuters die je goed moet volgen en in de gaten houden en een warm taalbad geven. Let wel: Het zijn risicosignalen, aangezien kleuters nog grote sprongen kunnen maken.

Het betekent niet dat kinderen ook daadwerkelijk "probleemlezers" zullen worden. Preventieve training en gerichte aandacht is in dat geval wel zeer zinvol.

Door op tijd extra ondersteuning en/of hulpmiddelen in te zetten, kun je de leesontwikkeling positief stimuleren. Hierdoor doen kinderen succeservaringen op, groeien ze in het leren lezen maar ook in hun zelfvertrouwen. Dat leidt vervolgens tot meer leesplezier, het maken van nóg meer leeskilometers en dat verbetert weer je leesvaardigheid. Hierdoor groeit je zelfvertrouwen en zo is de cirkel weer rond.


 

Signaleringsinstrumenten


Om dyslexie vroegtijdig te onderkennen is het te adviseren om een aantal keer per jaar een signaleringslijst voor de kinderen in je groep in te vullen. In het Protocol Preventie van leesproblemen - groep 1-2 (2017) van Dyslexie Centraal worden verschillende voorbeelden gegeven van allerlei observatielijsten en signaleringsinstrumenten om de voortgang van de taalontwikkeling en de beginnende geletterdheid van kleuters te kunnen monitoren.

Een voorbeeld hiervan is de Signaleringslijst voor kleuters 2.0.

Ook de Kleutertaken kunnen een beeld geven hoe ver een kind is op een bepaald gebied. Zoals de taken snel benoemen kleuren en letters. Deze geven inzicht in twee belangrijke voorspellers van leren lezen: actieve letterkennis en benoemsnelheid.


Dyslexie kun je pas vaststellen vanaf groep 4. Kinderen komen daarom ook pas in aanmerking voor een onderzoek als ze zeven jaar zijn.

Meestal wordt echter pas in groep 5 t/m 8 duidelijk dat er van dyslexie sprake is. Soms weten kinderen hun dyslexie op de basisschool te compenseren of er is sprake van een milde vorm van dyslexie. Er zijn natuurlijk ook genoeg volwassenen die nooit deze diagnose hebben gekregen, maar voor wie het allemaal wel heel erg herkenbaar is.

 

Tips


Wanneer je vroeg signalen van dyslexie bij kleuters ziet dan zorg je voor een taalrijke voedingsbodem. Dat doe je bijvoorbeeld zo:

  • Zorg voor een geletterd aanbod. Ook in de hoeken.

  • Speel mee in de hoeken.

  • Zet alfabetboeken in.

  • Zet reeds aanwezige ontwikkelingsmaterialen in en proberen spelenderwijs de actieve en passieve letterkennis te vergroten.

  • Herhaal de prentenboeken op allerlei manieren (verteltafel, digitale prentenboeken, vertelkastje) en introduceer ze eerst in een kleine kring.

  • Geef ouders adviezen voor thuis over voorlezen en het stimuleren van de mondelinge taalvaardigheid door bijvoorbeeld samen televisie te kijken en er over na te praten.

  • Verwijs ouders naar een logopedist, die op spraak- en taalgebied één en ander beter in kaart kan brengen en die de kleuter kan behandelen en ouders en de leerkracht kan adviseren over de aanpak.

 

Op zoek naar meer?


Boekentips:





















Kijk voor meer suggesties ook eens op mijn Pinterest

Heb je zelf ook nog leuke suggesties?

Inspireer dan collega’s door jouw ideeën in een reactie op deze blog te delen!


 

Bronnen




..

.

.

611 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven

Comments

Rated 0 out of 5 stars.
No ratings yet

Add a rating

© 2020 by juf Angelique. This website has been designed using resources from Freepik.com

bottom of page