site-verification=8adc2fc3d443365f5c3bc1b5d2d80d29
top of page
Zoeken

De tekenontwikkeling van kleuters

Foto van schrijver: Juf AngeliqueJuf Angelique

Bijgewerkt op: 16 uur geleden

De tekenontwikkeling van kleuters is een boeiend en leerzaam proces waarin zij steeds meer grip krijgen op hun motoriek en visuele expressie. Dit proces verloopt in verschillende fasen, die nauw verbonden zijn met de cognitieve en fysieke groei van het kind. Elke tekening vertelt een verhaal en biedt inzicht in de ontwikkeling van een kleuter. In deze blog geef ik je informatie over de verschillende stadia van tekenontwikkeling en hoe je deze kunt observeren in de klas.



Tekeningen zeggen veel!


Tekeningen geven ons waardevolle informatie over de ontwikkeling van een kind.

In de praktijk zie je dat de beginsituaties van kleuters veel kunnen verschillen.

De ene kleuter die net op school is al wat verder in de tekenontwikkeling dan de andere.


De ontwikkeling van het tekenen start met het maken van krassen en krabbels.

Daarna zullen de kinderen koppoters tekenen.

Een oudste kleuter zal een steeds gedetailleerder mensfiguur tekenen.

Op latere leeftijd (tussen 7-10 jaar) proberen de kinderen de wereld te ontdekken.

Ze proberen dan te begrijpen hoe iets werkt of hoe iets in elkaar steekt.

Dit wordt ook duidelijk in tekeningen, doordat ze doorschijnend tekenen (dit noem je röntgentekeningen). Ook begin je dan verschil te zien tussen jongens- en meisjestekeningen. De meisjes tekenen vaak liefelijke taferelen, terwijl de jongens kiezen voor wat stoerdere en gevaarlijkere taferelen.

 

De verschillende stadia


Om te observeren waar een kind zich in zijn of haar ontwikkeling bevindt, kunnen leerlijnen een handig hulpmiddel zijn. Deze leerlijnen bieden een overzicht van de verschillende mijlpalen die een kind kan bereiken. Het is belangrijk om te onthouden dat de ontwikkeling van kleuters niet altijd lineair is; soms slaan ze stappen over of blijven ze langer in een bepaalde fase hangen.


Kinderen doorlopen de volgende stadia binnen hun tekenontwikkeling:


0-2 jaar: De eerste krabbels

In dit stadium maken kinderen hun eerste krabbels. Deze komen toevallig tot stand.

Kinderen tot 18 maanden doorzien nog niet het verband tussen hun motorische activiteit met verschillende soorten tekengereedschap en de sporen die dit op papier nalaat.

Ze houden van het gevoel van een krijtje of potlood in hun hand en experimenteren met bewegingen, maar hun tekeningen hebben nog geen betekenis.

Krassen en krabbelen zijn hoofdzakelijk een vorm van motorische expressie.

Vanaf 18 maanden ontstaat het inzicht dat bewegen met een potlood sporen nalaat. Krabbelen blijft echter nog altijd vrijwel uitsluitend een motorische activiteit.

Er is dus vooral sprake van expressie en nog nauwelijks van afbeelden.


Tussen 2 en 3 jaar: Cirkels en lijnen

Vanuit het gekras ontstaan andere krabbels in een min of meer vaste volgorde.

Over de gehele wereld zijn deze krabbels veelal dezelfde. Het gekras heeft ook geen enkele betekenis. Kinderen van deze leeftijd begrijpen nog niet dat wat ze tekenen een representatie van iets is. Nog steeds is het tekenen in deze fase primair bewegingsspel. Kinderen beginnen de controle over hun handen te verbeteren, waardoor de bewegingen wel beheerster worden en de lijnen minder vaak over elkaar heen komen. Kinderen beginnen nu eenvoudige vormen te tekenen, zoals cirkels, rechte lijnen, en kronkels.


Tussen 3 en 4 jaar: De symbolische fase


Vanuit het krassen ontstaat een gesloten cirkel. Het kind ziet nu het verschil tussen zichzelf én de buitenwereld en gaat opzoek naar begrenzing. Hij wordt zich al spelend en onderzoekend bewust van zijn lichaam en gaat beseffen dat hij het is die dingen doet!

Vanuit dat bewustzijn ontwikkelt zich geleidelijk de mens tekening, de eerste aandoenlijke koppoters ontstaan. Deze koppoters zijn vaak opgebouwd uit een cirkel voor het hoofd, met daarbinnen cirkeltjes voor de ogen en de mond. Het zijn poppetjes zonder romp.

De neus wordt in deze fase vaak nog weggelaten. Vanuit deze cirkel worden straalsgewijs lijnen getrokken, die zowel armen als benen kunnen voorstellen.

Vanaf dit moment worden de basis krabbels achteraf ook benoemd.

Er is nog geen plan vooraf; pas als de tekening klaar is wordt er verteld wat deze voorstelt. Deze betekenis kan ook nog gemakkelijk veranderen.

Daarom spreekt men in deze fase van "toevallig realisme".

Er is ook nog steeds een sterke neiging tot het maken van krabbels tussen de koppoters.

In deze fase vertoont de tekening ook nog weinig samenhang.

Kinderen tekenen nog veel afzonderlijke objecten, elk in hun eigen ruimte en zonder rekening te houden met afmetingen, ruimtelijke of individuele bijzonderheden.

Zo kan het gebeuren dat de ogen en de mond buiten het hoofd worden geplaatst.

Dit fenomeen wordt ook wel aangeduid met de term "synthetisch vermogen".

De tekeningen hebben een zwevend karakter; de richting van de tekening wordt nog niet afgestemd op de bladranden, zodat de tekening vaak schuin komt te staan.

Aan het einde van deze fase krijgen de koppoters worden er steeds meer details toegevoegd en krijgen ze bijvoorbeeld haren, een neus, oren en ogen.


Tussen 4 en 5 jaar: De realistische fase

In deze fase gaan kinderen proberen meer realistische afbeeldingen te maken, hoewel dit vaak nog niet perfect lukt. Ze beginnen details toe te voegen, zoals ogen, een mond, armen en benen aan hun tekeningen. Dit is het moment waarop ze voor het eerst proberen om een huis of een dier "realistisch" te tekenen, hoewel de vorm misschien een beetje vreemd is. In dit verlengde stadium van koppoters wordt de verticale dimensie nu meer beheerst. Armen en benen vertrekken meestal nog uit het hoofd en zijn vaak op dezelfde plaats aan het hoofd vastgehecht. De twee evenwijdige lijnen voor de benen reiken meestal tot onder aan de bladrand als om steun te zoeken op een bodem. Deze lijnen zijn langer dan het hoofd en roepen niet alleen de belevenis op van benen, maar ook van een "lichaam", doordat de ruimte tussen deze lijnen een romp suggereert.

In deze fase worden al wat meer details en meestal ook armen en oren getekend.

Kinderen krijgen nu ook plezier in het kleuren van tekeningen en kleurplaten.

Ze gaan het tekenblad steeds vaker opvullen met meerdere voorwerpen naast de mens. Bijvoorbeeld met bloemen, een bal, de zon etc.


Tussen 5 en 6 jaar: De fase van detail en perspectief

Het stadium van het krabbelen is nu volledig voorbij. De tekeningen worden in deze fase realistischer. De koppoters zijn nu volledige mensjes geworden met rompen en ledematen, die verschillende richtingen op gaan. Ook zie je steeds meer details. Zo krijgen de mensen ook kleren aan. Haren worden vaak niet meer weergegeven door lijnen of stralen, maar door een gevulde ruimte.

De verhoudingen in de tekeningen zijn nog wel emotioneel bepaald. Het belangrijkste wordt het grootst getekend. De mond wordt ook nog steeds groot getekend.

Het tekenen is nog steeds constructief van aard, dat wil zeggen dat ze tot stand komen door het aan elkaar hechten van verschillende basisvormen.

Kenmerkend is ook de transparantie van de tekeningen. Het kind tekent alles waarvan het weet dat het er is en niet alleen datgene wat je kan zien ("Intellectueel realisme").

Bij een zijaanzicht worden bijvoorbeeld toch twee ogen en een grote mond getekend.

Tekenen is ook het begin van voorbereidend schrijven, waarbij de kleuter de mogelijkheden van sturing van pen en materiaal ervaart. De kleuter kiest gaandeweg de voor hem handigste manier om verschillende (schrijf)materialen vast te houden.


Tussen 6 en 7 jaar: De bloeiperiode van de expressiviteit.

Deze periode wordt ook wel een getypeerd als het "schematische stadium", omdat het kind nu zijn eigen verschillende schema's voor bijvoorbeeld dieren en mensen heeft ontwikkeld. Bij sommige kinderen verstarren deze schema's ook en tref je door eindeloze herhaling en gebrek aan variatie steeds dezelfde dingen aan in de tekeningen.

Het kind gaat nu gedetailleerde uitbeeldingen van mensen, dieren, huizen, bomen enz. maken. Deze worden hoofdzakelijk nog met vlakke vormen afgebeeld.

Er is ook een duidelijke ontwikkeling waar te nemen in de richting van het tekenen van gehelen. De losse onderdelen worden niet meer door lijnen gescheiden.

De verhoudingen zijn nog altijd vrij emotioneel bepaald.

Het kind tekent ook niet zozeer wat het ziet, maar wat het beleeft.

Er worden in deze fase scenes getekend en er wordt gebruik gemaakt van een of meerdere grondlijnen, waarbij de onderkant van het papier of een afzonderlijke lijn vaak als bodem wordt gebruikt.


Het tekenproces van kleuters is belangrijk voor hun algehele ontwikkeling. Het helpt hen niet alleen met motorische vaardigheden, maar ook met hun vermogen om emoties en ideeën te uiten. Elk kind ontwikkelt zich in zijn eigen tempo, dus de fasen kunnen variëren.

 

Basiskenmerken


Het is wel belangrijk om bij de interpretatie van de ontwikkeling van de tekenontwikkeling, de invloed van de basiskenmerken, betrokkenheid en risicofactoren niet uit het oog te verliezen. Meer hierover lees je in mijn blog: Hoe kleuters zich ontwikkelen

Deze gegevens geven namelijk een indicatie of een kind lekker in zijn vel zit en zijn een voorwaarde om tot ontwikkeling te kunnen komen.

Wanneer het bij een kind aan deze basiskenmerken schort, dan zal dit dus ook terug te vinden zijn in lagere ontwikkelingsscores bij de ontwikkelingslijnen voor tekenen en waarschijnlijk ook bij een of meerdere andere ontwikkelingsaspecten.

Wanneer een kind een moeilijke periode doorgaat, zal dit ook verschillen geven met de tekening van de vorige keren.

 

De tekenontwikkeling volgen


Geef de kinderen een tekenboek en laat de kinderen daar regelmatig een tekening in maken. Zo kun je de vooruitgang van hun tekenontwikkeling goed volgen.

Geef bij tekenactiviteiten geen oordeel zoals ‘mooi’ en vraag ook niet wat dingen op de tekening voorstellen. Vraag liever of een kind iets over zijn tekening wil vertellen.

Dit geeft het kind veel meer ruimte om zijn creativiteit te verwoorden.

Schrijf dit er eventueel ook bij.


Een andere mogelijkheid om de tekenontwikkeling te volgen is door de kinderen bij elk rapport of portfolio een tekening te laten maken.

Vaak wordt er alleen gekozen om alleen het kind zichzelf te laten tekenen, maar juist het wereldbeeld kan ook iets vertellen over het kind in deze maatschappij.


Tip: Gebruikt jouw school een intakeformulier voor nieuwe kleuters?

Laat het kind zichzelf dan met een tekening voorstellen. Dat geeft jou als leerkracht meteen ook wat informatie over de tekenontwikkeling bij de start van de kleuter.


Ik hoop dat deze informatie je helpt om de tekenontwikkeling van je kleuters beter te begrijpen en te ondersteunen!

 

Op zoek naar meer?


Kijk voor meer suggesties ook eens op mijn Pinterest

Heb je zelf ook nog aanvullingen of suggesties? Laat dan een reactie achter!

 

Boeken










 

Bronnen


'Een kindertekening: fases en ontwikkeling', https://verkenjegeest.com

'Tekenontwikkeling van kinderen', https://www.kleurigkakelen.nl/


.

.

.

233 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven

Opmerkingen

Beoordeeld met 0 uit 5 sterren.
Nog geen beoordelingen

Voeg een beoordeling toe

© 2020 by juf Angelique. This website has been designed using resources from Freepik.com

bottom of page